De werkpostfiche is een wettelijk verplicht document bij uitzendarbeid

Hieronder vind je praktische tips voor de gebruiker om de werkpostfiche vlot(ter) en beter in te vullen.
En we geven ook enkele praktische tips waar het uitzendbureau op kan letten bij het checken en gebruiken van de werkpostfiche.

Tips voor de gebruiker

  • Zorg ervoor dat de werkpostfiche mee evolueert met de taken van de uitzendkracht. Andere taken brengen vaak andere risico’s met zich mee, wat ook een aangepaste werkpostfiche vraagt. Zorg voor een goede communicatie hierover met het uitzendbureau en de uitzendkracht.
  • Roep de hulp in van je externe dienst PBW om te assisteren bij de risicoanalyse. Dit behoort tot hun verplicht takenpakket. 
  • Wees proactief: win tijdig advies in van je preventieadviseur(s), arbeidsarts en Comité PBW voor de werkposten waarvoor je verwacht ooit een uitzendkracht te willen inzetten. Wacht niet tot de dag voordat je een uitzendkracht nodig hebt.
  • Hou de gezondheidsrisico’s (veiligheidsfunctie, hanteren van lasten, lawaai…) gescheiden van de algemene risico’s (vallen, knellen,…)
  • Vul enkel de relevante gezondheidsrisico's in. Bijvoorbeeld: is 'manueel hanteren van lasten' echt een gezondheidsrisico of zijn er betere manieren beschikbaar om de gezondheid van de uitzendkracht te beschermen (hulpmateriaal, opleiding,...)?
  • Gebruik de juiste referenties op de werkpostfiche. Verwijs naar Codex X.2 – Uitzendarbeid.  De Koninklijke Besluiten van 15/12/2010 en 19/12/1997 bestaan immers niet meer.
  • Heb extra aandacht voor het werkpostfiche-identificatienummer. Vul alle onderdelen daarvan goed in.
  • Vul bij de persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) ook het type en de eigenschappen in. Dit is van extra groot belang als er een contractuele afspraak is dat het uitzendbureau bijvoorbeeld de veiligheidsschoenen bezorgt aan de uitzendkracht. Zo zorg je er mee voor dat de uitzendkracht de juiste schoenen heeft.
  • Wees gedetailleerd genoeg, maar maak van de werkpostfiche geen ellenlange encyclopedie.
  • Wees consequent. Bijvoorbeeld: vul veiligheidsfunctie in bij een heftruckchauffeur, vermeld opleiding als een jobstudent moet werken met een elektrische transpallet, duid tetanus aan voor een medewerker van een pluimveebedrijf,…
Naar boven

Tips voor het uitzendbureau

  • Vul als uitzendconsulent(e) nooit zelf de werkpostfiche in. Dit is immers de taak én (wettelijke) verantwoordelijkheid van de gebruiker.
  • Kijk na of minstens alle verplichte info op de werkpostfiche is ingevuld. Het model van PI kan dienen als referentie om te weten welke informatie een werkpostfiche minstens moet bevatten.
  • Meld het aan de gebruiker als je merkt dat er op de werkpostfiche zaken ontbreken of elkaar tegenspreken. Vraag de gebruiker om dit te verduidelijken en  -  indien nodig – te verbeteren.
  • Ga na of is ingevuld bij welke externe dienst PBW de gebruiker is aangesloten.
  • Check of alle info voor het werkpostfiche-identificatienummer genoteerd is. Die info heb je als uitzendbureau immers nodig om vlot een opzoeking te kunnen doen in de Centrale Gegevensbank PI-M.
  • Als de uitzendkracht andere taken met andere risico’s moet uitvoeren dan aanvankelijk afgesproken, dan hoort daar ook een aangepaste werkpostfiche bij. Maak daarover goede en heldere afspraken met de gebruiker en uitzendkracht.
  • Check of de data van advies zijn ingevuld (preventieadviseur, arbeidsarts, Comité PBW). Dit is een signaal dat de gebruiker zich houdt aan de verplichtingen uit de welzijnswetgeving.
  • Werk niet samen met gebruikers die pertinent (blijven) weigeren om correcte werkpostfiches te bezorgen. De wetgeving verbiedt om samen te werken met gebruikers die zich niet aan de welzijnswetgeving houden. Hier vind je meer info.  
  • Check regelmatig bij de gebruiker of de werkpostfiche nog actueel is.
  • Volg een opleiding over de werkpostfiche. PI biedt regelmatig gratis opleidingen aan. 
Naar boven